Tegenwoordig heb je voor heel veel producten plantaardige vervangers. Een geweldige ontwikkeling die iedereen alleen maar toejuicht zou je denken. Over de benamingen van al die vervangers is echter niet iedereen het eens.
Een tijd geleden werden al die ‘nepvleesbenamingen’ dan ook ter discussie gesteld. Mag je letters omdraaien en zodoende een product een gelijksoortige naam geven? Bijvoorbeeld ‘vegetarische kipstuckjes’, zoals de Vegetarische Slager deed of de ‘vegetarische kipstukcjes’, zoals Vivera eerder deed. Een klein verschil, maar genoeg om aan te geven dat het geen echte kipstukjes betreft. Tegenwoordig noemt Vivera haar product: ‘plantstukjes als kip’.
Ongeveer een jaar geleden wilde Het landbouwcomité van het Europees Parlement dat er in de wet vastgelegd zou worden dat vleesbenamingen (als worst, schnitzel, steak) alleen nog maar gebruikt mogen worden voor producten welke ook daadwerkelijk gemaakt zijn van een dier. Een argument zou zijn dat de vega-termen verwarrend ervaren werden voor de consument.
In de wet werden al eerder een aantal definities vastgelegd. Die benamingen mogen dus niet zomaar gebruikt worden; het product dient aan de omschrijving te voldoen. Neem bijvoorbeeld de term ‘vlees’: vlees: alle voor menselijke consumptie geschikte delen van als landbouwhuisdier gehouden slachtdieren. (Warenwetbesluit Vlees, gehakt en vleesproducten) Of neem bijvoorbeeld gehakt: gehakt: al dan niet toebereide vleesbereiding, niet zijnde separatorvlees, afkomstig van één of meer slachtdieren, die –door hakken, malen of op andere wijze min of meer sterk verkleind is; zodanig kneedbaar is dat het tot verschillende vormen te bewerken is; en –geen vleesvreemd eiwit bevat; (Warenwetbesluit Vlees, gehakt en vleesproducten)
Wanneer een producent ervoor kiest een product ‘gehackt’ te noemen gelden bovenstaande regels echter niet. Sterker nog, voor de benaming ‘gehackt’ zijn er geen wettelijke eisen vastgesteld. De toevoeging van dat ene lettertje is al voldoende. Daarnaast zijn er ook benamingen, zoals ‘schnitzel’, waarvoor geen wettelijke definitie werd vastgesteld. Deze benaming mag dus ook gebruikt worden voor niet-vlees producten. Ondanks de (nog steeds lopende) discussies werd hier tot nu toe geen uitspraak over gedaan en heeft de NVWA besloten hier niet op te handhaven. Oftewel er is zo goed als vrij spel betreft de benamingen van vega(n) vleesvervangers.
Ook ikzelf doe dit, ondanks dat ik weet dat het wettelijk gezien niet klopt. Voor mij is het belangrijk dat men weet wat ik bedoel. Wanneer ik begin over ‘veganistisch smeersel voor op brood’ haakt de helft al af.
Sinds de opkomst van de zuivelvervangers staan ook deze benamingen ter discussie. Op 14 juni 2017 werd door het Europese Hof van Justitie bepaald dat plantaardige producten niet onder de noemer zuivelproducten mogen vallen. De definitie ‘zuivelproducten’ luidt als volgt: zuivelprodukten, dat wil zeggen produkten die uitsluitend zijn verkregen uit rauwe melk, met dien verstande dat stoffen die voor de bereiding ervan noodzakelijk zijn, mogen worden toegevoegd, mits deze stoffen niet worden gebruikt voor de volledige of gedeeltelijke vervanging van één van de bestanddelen van de melk. (Warenwetbesluit Zuivel) Wanneer we kijken naar de definite van ‘rauwe melk’: rauwe melk: melk die is afgescheiden door de melkklier van een of meer koeien, ooien, geiten of buffelkoeien, die niet is verwarmd tot boven 40°C en die evenmin een behandeling met een gelijkwaardig effect heeft ondergaan. (Warenwetbesluit Zuivel), kunnen we concluderen dat ‘plantaardige melk’ niet mag bestaan. Evenals de term ‘plantaardig zuivel’.
Producenten blijven natuurlijk zoeken naar benamingen die in de buurt komen van de ‘echte’ benaming. Zo bestaat er ‘sojatopping’ in plaats van ‘slagroom’, drink je ‘amandeldrink’ in plaats van ‘amandelmelk’, koop je ‘ Greek white block’ in plaats van ‘fetakaas’ en eet je ‘sojayochurt’ in plaats van ‘sojayoghurt’.
Misschien is het je nog niet eens opgevallen; al die net niet kloppende namen. Of denk je juist: ‘waarom staat er niet gewoon plantaardige slagroom?’ Ik moet zeggen dat ik het juist wel wat vind hebben, al die creatieve namen. Zeker de Vegetarische Slager heeft hele leuke alternatieven: ‘Rescpeck’, ‘Accept Gyros’, ‘Little willies’. Deels denk ik, om de spot te drijven na alle kritiek die, vooral zij, in Nederland gekregen hebben.
En soms blijkt het gewoon verdomd lastig een plantaardige naam te bedenken. In de volksmond hoor en lees je veelvuldig termen als ‘plantaardige melk’, ‘vegan slagroom’ of ‘sojayoghurt’. Ook ikzelf doe dit, ondanks dat ik weet dat het wettelijk gezien niet klopt. Voor mij is het belangrijk dat men weet wat ik bedoel. Wanneer ik begin over ‘veganistisch smeersel voor op brood’ haakt de helft al af.
Kortom: er mag en kan nog heel veel in Nederland op het gebied van naamgeving. Er hoeft niet ver afgeweken te worden van het ‘origineel’, maar toch lijkt het voor de consument voldoende duidelijk dat het een plantaardig of vegetarisch product betreft. Ik ben zelf vooral benieuwd hoe dit zich verder zal ontwikkelen. Het zal nog een leuke uitdading worden voor sommige producenten. We blijven het vooral in de gaten houden.